Netwerken is iets dat mensen van nature heel graag doen. Waarom? Anders waren we allang uitgestorven. Ga maar na: in de tijd van de jagers en verzamelaars had iedereen al andere vaardigheden en talenten én maar beperkt uren in een dag.
Deze mens moest dus een netwerk opbouwen waar hij mee kon samenwerken om alle grot-houdelijke taken uit te voeren. Vuur maken, de wacht houden, eten maken. Alle taken verdelen om te kunnen overleven.
Ook in de huidige tijd bewijst het nut van het netwerk zich nog iedere dag. Ga maar eens bij jezelf na: hoe komt het dat jij de hele dag zo lekker aan de slag kan op het werk? Als je kind ziek is, wie zorgt er dan voor hem/haar? Wie zorgen er allemaal voor dat jij de juiste documenten, kennis en tools hebt om die moeilijke klus aan te kunnen? En met wie sta je ’s avonds op de tennisbaan even een balletje te slaan (want dat is ook zo moeilijk in je eentje)? Precies. Je netwerk.
Het begin
Jouw netwerk is in het begin van je leven heel klein. Je ouders zijn dan je hele netwerk. Maar man, wat een sterk netwerk is dat! Zij zorgen ervoor dat jij helemaal niks tekort komt. Maar hoe meer je in de loop van de tijd voor jezelf regelt en je netwerk vergroot, hoe leuker je leven eigenlijk ook wordt. Met je vrienden van de tennisclub heb je een gedeelde interesse, met je alumni vereniging kijk je terug op die leuke studiejaren en ga zo maar door. Hoe meer je investeert in je netwerk hoe meer je er ook weer uithaalt. Mensen zullen eerder aan jou denken voor een nieuwe leuke taak als ze je net vorige week nog hebben gezien, in het echt of online.
Een écht netwerk?!
En daar komt social media om de hoek. Is dat nu een netwerk of niet? Daar zijn de meningen over verdeeld. Mijn mening? Nee, social media is geen netwerk. Facebookvriend nummer 178 zal er niet voor je zijn als jij je been breekt en hulp nodig hebt met de boodschappen. Die lieve buurvrouw wel. Het verschil? De persoonlijke band. Het meer van elkaar zien dan alleen maar de geweldigste reizen en knapste selfies. En waarschijnlijk heb jij voor die buurvrouw ook weleens een pakketje aangenomen. Het gaat dus niet alleen om de klik die je met elkaar hebt, maar ook hoe sterk die is en of er wederkerigheid in zit.
Benedict Anderson beschreef dit al in 1983 in zijn boek ‘imagined communities’. Hij omschrijft een imagined community als een gemeenschap waarvan de leden elkaar nooit allemaal persoonlijk kunnen kennen, maar wel onderling een verbinding voelen en zich als deel van die groep beschouwen. De community wordt gevormd door mensen die zichzelf als onderdeel van de groep beschouwen. Dit is ook zo met je nationaliteit. Je voelt je misschien niet iedere dag Nederlander, maar als je een andere Nederlander tegenkomt op vakantie in Thailand, voel je wel een connectie. Je spreekt dezelfde taal en je kent elkaars gebruiken.
Het Ynnovate netwerk
Iedereen die de Ynnovate Training heeft gedaan wordt Ynnovator en is daarmee onderdeel van ons netwerk. Het Ynnovators Netwerk bestaat inmiddels uit meer dan 1.200 Ynnovators. Je kunt je daarom vast voorstellen dat wij wel eens struggelen met het versterken van de persoonlijke band met dit netwerk. Ik spreek voor al mijn collega’s als ik zeg dat we het liefst met elke Ynnovator iedere week koffie zouden gaan drinken. Om te horen wat er speelt en of we kunnen helpen met een sessieplan of een goede Hoe-Kunnen-We vraag bijvoorbeeld. Helaas is dat niet te doen, maar dankzij onze imagined community zijn we altijd met elkaar in verbinding. We spreken immers dezelfde taal en we kennen allemaal de knelpunten waar je als Ynnovator tegenaan loopt. En in real life gebeurt er ook van alles. Er worden tips uitgewisseld over procesbegeleiding, die ene toffe werkvorm wordt gedeeld, of je vertelt je mede Ynnovators hoe jij die te gekke opdracht hebt weten te strikken.
Je ziet dus dat de Ynnovators jagen en verzamelen op de overheids-jachtvelden. Ynnovate zorgt dat de thuisgrot vol ligt met gereedschap die zij kunnen gebruiken om die mammoet van een opdracht binnen te halen. Het maakt dat we niet zonder elkaar kunnen, alleen als netwerk kunnen we overleven op de overheids-jachtvelden. Of we elkaar nou elke dag zien of niet, we hebben elkaar nodig en zullen er voor elkaar zijn.
Wat is jouw mening over netwerken? Heb je een nuttig netwerk? En hoe houd jij je netwerk zo sterk mogelijk?